Jongeren opleiden tot een vakvrouw- of man die al werkend uitgroeien tot vakprofessionals. Dat is een van de kerntaken van Kenteq. In een interview met het VSE-blog vertelt Erik-Jan van Pelt waarom leerwerkbedrijven daarbij belangrijk zijn.

Kenteq doet heel veel: wat is het allerbelangrijkste?
‘Kenteq helpt jongeren een vakman te worden. Het gaat daarbij op MBO-niveau om de metaal, elektro en installatie en mechatronica. Er zijn twee mogelijkheden: BOL, de beroepsopleidende leerweg, en BBL, de beroepsgerichte leerweg. Bij de BOL combineren MBO’ers vier dagen school met een dag werken. Bij de BBL leiden we jongeren op die al werken. We zorgen voor een opleiding en onze onderwijsadviseurs begeleiden ze in de praktijk om  zich verder te bekwamen in hun vakgebied. Ook stellen we loopbaanplannen op: waar staat de vakman, wat is haar of zijn ambitie en die van het bedrijf. Dat zijn de vragen die we met elkaar beantwoorden. Het belangrijkste doel van die combinatie van scholing en de praktijk is dat jongeren excellente vakmensen worden.’ 

Hoe ziet een gemiddeld leerbedrijf er uit?
‘In totaal zijn er in Nederland 230.000 leerbedrijven. Onder Kenteq vallen 20.000 leerbedrijven waar 40.000 jongeren een BOL- of BBL-leerweg volgen. Al lijkt 40.000 veel, toch is het niet genoeg. De vraag van bedrijven is groter. We zien in de praktijk wel dat meer jongeren voor techniek kiezen, de lijn gaat iets omhoog met zo’n drie procent per jaar. Een gemiddeld leerbedrijf is er niet. Ze zijn er in alle soorten en maten; van heel klein waarbij de directeur/eigenaar ook praktijkopleider is tot hele grote ondernemingen met meerdere praktijkopleiders die tientallen leerlingen opleiden. Het gaat van het installatiebedrijf op de hoek tot een multinational. Al behoort het gros van de leerwerkbedrijven wel tot het MKB. Vanuit Kenteq is een opleidingsadviseur bij het leerbedrijf betrokken. De wereld van de school is heel anders dan die van het werken bij een bedrijf. De adviseur is de link. Die slaat een brug tussen de opleiding en de praktijk, gericht op de leerlingen. Zij zijn de vakmensen van de toekomst; daar gaat het om.’

Waarom zijn leerbedrijven belangrijk?
‘De theorie van een vak is heel goed op school aan te leren, maar technische vaardigheden moeten jongeren toch vooral in de praktijk leren. De leerwerkbedrijven verbeteren de kwaliteit van het technisch vakmanschap en zorgen dat dat op een goed peil blijft. Ze zitten midden in de markt, volgen ontwikkelen op de voet, werken met nieuwe apparatuur en hebben up-to-date kennis. En niet onbelangrijk: bedrijven leiden op deze manier hun eigen personeel op. Dat is essentieel omdat processen door technologische ontwikkelingen complexer worden en er steeds meer kennis in een bedrijf nodig is. Dit blijkt ook uit het feit dat vraag naar MBO’ers op niveau 3 en 4 toeneemt.’

Meer weten? Kijk dan op Kenteq.nl